In 1778 koopt de Amsterdamse ondernemer Adriaan de Boois een oude verdedigingstorens. Hij heeft van de stad Haarlem toestemming gekregen om een windmolen te bouwen. Adriaan bouwt zijn molen bovenop de oude Goê Vrouwtoren. Hierdoor steken de wieken hoog boven het Spaarne uit en vangen ze ieder zuchtje wind.
Op 19 mei 1779 wordt stellingmolen De Adriaan in gebruik genomen. Adriaan de Boois maalt er jarenlang tufsteen tot tras. Tras wordt toegevoegd aan metselspecie om muren waterdicht te krijgen.